Artigo Acesso aberto

De Dogmenhistorische Achtergrond Van Wessel Gansfort's Avondmaalsleer

1927; Brill; Volume: 20; Issue: 1 Linguagem: Holandês

10.1163/187124027x00026

ISSN

1871-2401

Autores

M. Van Rhijn,

Tópico(s)

Multicultural Socio-Legal Studies

Resumo

Misschien is er nooit een periode in de geschiedenis van het Chris tendom geweest, waarin de verwarring ten opzichte van de leer van het Avondmaal zoo algemeen was, als op het einde der Middel eeuwen. Het eigenaardige daarbij is, dat deze verwarring zich ook weerspiegelt in de verhoudingen in onze vaderlandsche Kerkgeschie denis. Met name komt dit mede uit in het feit, dat het in de latere Middeleeuwen in ons land aan twijfelingen ten opzichte van de kerkelijke Avondmaalsleer allerminst heeft ontbroken. Reeds in de nde en 12de eeuw predikte de „Jan van Leiden van zijn tijd, Tanchelijn, niet alleen tegen de hierarchische inrichting der Kerk, maar ook tegen het toedienen der sacramenten door onreine priesterhanden. Volgens de eenigszins zonderlinge berichten uit zijn dagen, zou hij niet alleen gewaarschuwd hebben tegen de sacramen ten door booze priesters bediend, maar zou hij zichzelf ook God heb ben genoemd en het verdwaasde volk zijn badwater te drinken heb ben gegeven. Dit badwater zou hij zijn volgelingen „als een heiliger en krachtiger sacrament, bevorderlijk voor het heil van lichaam en ziel hebben aangeprezen. Uit andere bronnen blijkt, dat Tanchelijn te Antwerpen de kettersche leer verkondigde, dat het lichaam van Christus niet in het sacrament des altaars tegenwoordig was. Nog in 1163 werden er te Keulen aanhangers van Tanchelijn verbrand, die de sacramenten verachtten en over wie Caesarius van Heisterbach

Referência(s)