Artigo Acesso aberto Revisado por pares

Eerde Beulakker, Onderscheid moet er zijn. Pleziervaren in Nederland, een cultuurgeschiedenis

2013; Utrecht University Library Open Access Journals (Publishing Services); Volume: 128; Issue: 4 Linguagem: Holandês

10.18352/bmgn-lchr.9308

ISSN

2211-2898

Autores

Frank Inklaar,

Resumo

Pleziervaart is een geliefde vorm van vrijetijdsbesteding.Er is veel geschreven over pleziervaart, maar een alomvattende wetenschappelijke studie van de ontwikkeling van de pleziervaart ontbrak.Eerde Beulakker heeft de versnipperde kennis over vier eeuwen pleziervaart overzichtelijk bij elkaar gebracht met zijn proefschrift Onderscheid moet er zijn.Pleziervaren in Nederland, een cultuurgeschiedenis.Beulakker, helaas kort geleden overleden, was een verwoed zeezeiler, publicist en medewerker van De Waterkampioen.Beulakker onderscheidt zeven kurken waarop het ontstaan van de watersport en de ontwikkeling van spelevaren tot massarecreatie drijven.Ten eerste moet men water als vriend en niet als vijand zien.Er moet voldoende water zijn om genoeglijk te kunnen varen.Een derde kurk is de watersportorganisatie en watersportverenigingen.Er moeten handzame en goedkope boten zijn, bijvoorbeeld door seriebouw en standaardisatie.De na 1900 geïntroduceerde verbrandingsmotor is ook een kurk.Welvaart is misschien de belangrijkste.Dat was al zo bij de zeventiende-eeuwse Amsterdamse regenten.De welvaartsstijging in het derde kwart van de twintigste eeuw maakte het mogelijk dat 'iedereen' een boot kon kopen.Dan komt ook ruimte voor wat Beulakker de hedonistische leefstijl noemt: pleziervaart wordt puur genieten.Een rode draad in het boek is het cultuurhistorisch overzicht van de pleziervaart.Dit kent vier perioden.Spelevaren, 1622 tot 1846 begint met de eerste jachthaven in Amsterdam.De speeljachten van de regenten hadden nog een dubbelfunctie: praktisch personenvervoer en vermaak.Spelevaren beperkte zich tot incidentele wedstrijdjes, tochtjes met familie of vrienden, of admiraalzeilen bij vorstelijk bezoek.Langzamerhand werd de boeier het voorbeeld voor de pleziervaart.In Watersport op stand, 1846-1900, staan de watersportverenigingen centraal, met als eerste de Koninklijke Nederlandse Yacht Club uit 1848.Er volgden vele verenigingen, waar de elite kon zeilen en roeien met het volk als toeschouwer, of als bemanning in de boot.Met de verenigingen ontstond watersport met vaste wedstrijden, reglementen en indeling in bootklassen.In de pleziervaart bleef de traditionele Nederlandse ondiepe boot met volle kop en zijzwaarden dominant.Een vergaande vernieuwing kwam rond 1900: de motor.

Referência(s)