Artigo Acesso aberto Revisado por pares

L. Adriaenssen, Staatsvormend geweld. Overleven aan de frontlinies in de meierij van Den Bosch, 1572-1629

2009; Utrecht University Library Open Access Journals (Publishing Services); Volume: 124; Issue: 2 Linguagem: Holandês

10.18352/bmgn-lchr.6967

ISSN

2211-2898

Autores

Jord Hanus,

Tópico(s)

Philippine History and Culture

Resumo

De gecompliceerde wisselwerking tussen oorlog en staatsvorming in heden en verleden wordt steeds beter begrepen door historici en sociale wetenschappers.Sinds Charles Tilly op systematische manier onderzocht en agendeerde how states made war, and war made states, hebben talrijke onderzoekers de handschoen opgenomen om de oorsprong van de moderne (nationale) staten in de laatmiddeleeuwse en vroegmoderne oorlogvoering te zoeken, dan wel stevige vraagtekens te plaatsen bij zulk al te teleologisch perspectief.In de Nederlanden wordt het complex staat, oorlog en financiën al lange tijd druk besproken, al blijft de juiste samenhang tussen deze factoren in het ontstaan van de Republikeinse bourgeois state nog steeds deels onopgelost (slechts enkele recente namen zijn 't Hart, Fritschy, Tracy, Swart, Vermeesch, etc.).Met een diepgravende en bijzonder indringende studie van een van de frontlinies van de Nederlandse Opstand, de meierij van 's-Hertogenbosch en vooral haar vele kleine stadjes en dorpjes, brengt Leo Adriaenssen een originele en tot dusver onbegrijpelijk onderbelichtebijdrage aan deze debatten.Hoewel, misschien niet zo onbegrijpelijk.Zo bewijst Adriaenssen dat al tijdens de Opstand de belangstelling voor en consideratie van alles buiten de kerngewesten Holland, Zeeland en Utrecht minimaal was.De Republiek was er immers al zeer vroeg in geslaagd het oorlogsgeweld uit het hartland te weren, terwijl beide oorlogvoerende staten (de Spanjaarden evenzeer) zich in Noord-Brabant zonder meer gedroegen als 'misdaadsyndicaten'.Met deze stelling is de toon van dit proefschrift meteen gezet.Door het boek heen speelt Adriaenssen de keuzes en acties van 'Staatsen' en 'Spaansen' uit tegen de overlevingsstrategieën van de Bossche dorpelingen.Het mag duidelijk zijn dat voor deze laatsten er weinig mogelijkheden restten, en des te meer plichten en lasten.Hoewel het aantal directe oorlogsslachtoffers beperkt bleef, zorgde de continue druk van beide bezettende statenmeer dan een halve eeuw was de meierij in staat van oorlogvoor ontreddering.De opzettelijke verwoesting van akkers en oogsten (de verschroeide aarde politiek) en het roven van vee waren zeker tijdens de vroege jaren van de Opstand schering en inslag.De boeren konden zich fysiek niet verweren tegen de professionele maar steeds onderbetaalde militairen, en vooral de rondtrekkende, vaak muitende en dus oncontroleerbare soldatenbendes.Oorlogsmisdaden werden in naam veroordeeld, maar al te vaak ontliepen de militairen straf en blaam.Veiligheid kon afgekocht worden, zij het vooral in theorie.Al te vaak betaalden de dorpen verscheidene malen voor dezelfde bede, dingtaal of brandschatting, om vervolgens toch te worden afgeperst, geplunderd, of erger.Dorpelingen werden verplicht de soldaten te onderhouden op velerlei manieren.Nabijgelegen garnizoenen of eigenmachtige (maar uiteindelijk

Referência(s)